'

Algarve, november-december 2013

 

 

< 12 november >       < 13 november >       < 14 november >       < 15 november >       < 16 november >       < 17 november >       < 18 november >

 

 

< 19 november >       < 20 november >       < 21 november >       < 22 november >       < 23 november >       < 24 november >      < 25 november >

 

 

< 26 november >       < 27 november >       < 27 november >       < 29 november >       < 30 november >       < 1 december >       < 2 december >

 

 

< samenvatting >       < Algemeen >       < flora & fauna >

 

 

Schema

 

Datum van naar vertrek aankomst tot.tijd pauzes looptijd aant.km 13-11-2013 Vila do Bispo-BH Sagres-BH 10:15 15:46 05:31 00:59 04:32 23,5 14-11-2013 Sagres-BH Figueira-BH 10:28 16:06 05:38 01:22 04:16 22,4 15-11-2013 Figueira-BH Lagos-hotel 09:56 16:16 06:20 01:59 04:21 21,5 16-11-2013 Lagos - via Piedade Lagos 09:08 10:52 01:44 00:14 01:30 6,5 17-11-2013 Lagos Vale da Lama v.v. 08:39 15:34 06:55 02:39 04:16 23,5 18-11-2013 Portimão Alvor 08:56 13:28 04:32 01:11 03:21 18,1 19-11-2013 Hotel Lagos-BS 09:18 09:46 00:28 00:00 00:28 2,4 19-11-2013 Albufeira-BS Hotel 11:48 12:04 00:16 00:00 00:16 1,4 20-11-2013 Ferragudo-BH Benagil-BH 09:45 15:05 05:20 01:39 03:41 18,3 21-11-2013 Benagil-BH Albufeira-hotel 09:39 17:02 07:23 01:53 05:30 27,5 22-11-2013 Albufeira-hotel Sa.Eulalia v.v. 09:30 15:13 05:43 02:00 03:43 16,6 23-11-2013 Quarteira-BS Albufeira-hotel 09:34 15:40 06:06 02:06 04:00 20,9 24-11-2013 Quarteira-BS Faro-Forum-BH 09:38 14:20 04:42 00:48 03:54 22,2 25-11-2013 Paderne-BH Hotel 10:02 16:47 06:45 02:03 04:42 24,2 27-11-2013 VilaReal-deS-AntonioBS Cavita-BH 09:48 14:50 05:02 00:48 04:14 23,5 28-11-2013 Conceição-BH Quatre Aguas 09:16 11:20 02:04 00:17 01:47 9,8 28-11-2013 Praia de Tavira rondje 12:09 12:53 00:44 00:00 00:44 3,7 28-11-2013 Quatre Aguas Tavira-BS 13:29 14:02 00:33 00:00 00:33 2,9 29-11-2013 Olhão-hotel Faro-Forum-BH 09:06 11:45 02:39 00:40 01:59 11,9 29-11-2013 Faro-Forum-BH Faro-BS 11:45 12:55 01:10 00:16 00:54 4,8 30-11-2013 Tavira-BS Olhão-hotel 10:14 16:30 06:16 00:52:00 05:24:00 30,0 01-12-2013 Olhão-hotel Olhão-steiger 09:48 10:04 00:16 00:00 00:16 1,7 01-12-2013 Ilha da Culatra Ilha da Farol 11:26 12:28 01:02 00:00 01:02 5,4
TOTAAL AANTAL km's: 343,9






 

 

Algemeen:

Het was wel een leuk idee van Jacomine om dit keer het concept aan te passen en eens voor maar een paar overnachtingsplaatsen te kiezen en vandaar uit via het openbaar vervoer de tocht op te bouwen. Hierbij viel de keuze op de Algarve.

Aan mij was daarna de taak e.e.a. uit te werken. Dat was enerzijds goed te doen, omdat er nogal wat bussen door die streek rijden (ongeveer 70 buslijnen), maar anderzijds was het lastig omdat de busmaatschappijen aldaar het meestal niet nodig vinden om hun lijnen (zichtbaar) te nummeren of zelfs maar een overzichtelijk routeschema te leveren.

Gelukkig bleek er een behulpzame dame/heer te zijn die (volkomen onofficieel) alle gegevens op één grote website had geplaatst; slechts daarom onoverzichtelijk omdat er zoveel gegevens waren en zij/hij alles met alles gelinkt had. Zij/hij nummert de lijnen hierbij volgens de nummering van de PDF-filetjes van de EVA-bus-maatschappij. Die nummers komen (dus) NIET op de bussen van deze maatschappij voor.

Zie: http://www.algarvebus.info/ en http://www.algarvebus.info/quicklist.htm

en verder ook: http://www.eva-bus.com/

 

Nu was het zaak om op de juiste plaatsen een drietal goede overnachtingen te vinden. En daarbij kozen we voor de volgende appartementenhotels:

a. van 12-19 november in Lagos: Turisticos Sollagos (in de Rua Sacadura Cabral 37; 7x € 30); http://sollagos.com/

b. van 19-26 november in Albufeira: ApartHotel Peladium (in de Rua do Municipio Lote 1 a 5A; 7x € 32); http://www.paladim.com/360.php

c. van 26 november t/m 2 december in Olhão: Real Marina Residence (op de Av. 5 de Outubro 2 [!?!???]; 6x €43); http://www.realmarinaresidence.com/nl/index.html

 

Boeken, kaarten en websites:

Bij de voorbereiding maakte ik gebruik van:

Algarve, the finest valley and mountain walks (2005); Ulrich Enzel; Bergverlag Rother (Walking Guide) (München); ISBN 3-7633-4825-5

Algarve, 26 wandelingen (Voetwijzer 14; 2011); Roel Klein & Bert Stok; Op Lemen Voeten (Amsterdam); ISBN 978-90-74980-22-7

ANWB-Extra Algarve; Ulli Langenbrinck/Marijke Sarneel (2008/2009; 6e druk); Uitg. Janneke Verdonk; ISBN 978-90-18-02016-3 (met overzichtskaart: 1:250.000)

Taalgids Portugees (1998; R&B, Lisse); ISBN 90-396-03960

 

Portimão-Alvor-Praia da Rocha – Map (Forways); ISBN 972-97756-1-3 (geen schaalverdeling)

Albufeira – City & Resort Map (Forways); ISBN 972-8554-82-6 (1:5000/1:12000)

Algarve: Faro-Albufeira-Portimão – Map de Estradas + Cidades (Forways); ISBN 972-8554-36-2 (1:12000/1:18000/1:110.000/1:215.000)

OdT-kaart Sagres (1:8000)/Odt-, hotel-, Citybus-kaartjes van Lagos

 

Maps-with-Me (elektronische offline-kaart van Portugal)

Osmand (electronische kaart, via Wifi)

Google-Maps (electronische kaart, via Wifi)

 

 

 

 

< Terug >

 

 

Dinsdag, 12 november (Uitgeest-Schiphol-Faro-Lagos [Turisticos Sollagos])

Na de landing op Faro-Aeroport was de eerste opdracht het vinden van de bushalte van de “shuttle”-bus naar Faro. Deze bleek niet 50m links, maar 100m rechts van de in/uitgang van de terminal te zijn. Gelukkig leidde het zoeken niet tot het missen van de bus. Het bleek overigens geen shuttle, maar een reguliere bus (lijn 16 van Proxima) te zijn.

Deze bracht ons naar het treinstation waar we kaartjes kochten voor Lagos. De reis verliep voorspoedig, evenals het vinden van het hotel.

 

 

Het lag even buiten het centrum van Lagos. Volgens de eigenaar ervan hadden we de kortste route gekozen. Hierbij had Maps-with-me maar weer eens zijn nut bewezen. Zo kwamen we wel eigenlijk te vroeg binnen, maar dat werd niet tot probleem gemaakt, we mochten ons meteen installeren.

 

 

Daarna hebben we onze eerste zwerftocht door het centrum van Lagos gemaakt. Daar hebben we ook gegeten.

 

 

 

 

< Terug >

 

 

Woensdag, 13 november (Vila do Bispo-Sagres; 23,5km; 4:38h)

Het was even zoeken, maar de bushalte voor de doorgaande bus naar Vila do Bispo (en Sagres) bevond zich maar ongeveer 100m van het hotel vandaan. Na ruim drie kwartier bracht deze ons naar onze bestemming. We stapten uit wat de eerste halte bij het dorp bleek te zijn. In het centrum bleek zich de hoofdhalte te bevinden. Daar zagen we ook een eerste GR-merkje ...

 

 

... en bij het uitlopen van het dorp gaf een bordje aan dat deze markering deel uitmaakte van de GR11 (deel van de E9 die via Santiago de Cacèm en Santiago de Compostella en langs de Nederlandse kust uiteindelijk in St.Petersburg aankomt.)

 

 

Dit was voor mij een hele verrassing: ik wist alleen nog maar van de “Rota Vicentina”, die we deze dag zouden gaan lopen. Ik had daarvan twee route-varianten tussen Vila do Bispo en de Cabo S.Vicente gedownload (van http://www.rotavicentina.com/) en in mijn GPS opgeslagen. Dit blijkt nu de naam van een deel van die GR11 te zijn.

Met behulp van “Maps-with-Me” liepen we (tevens) een deel van routes uit Algarve-wandelboekjes van Rother en Op Lemen Voeten (zie “Boeken, kaarten en websites”), eerst naar het westen om daarna de kust te blijven volgen tot de kaap.

We liepen hier door het Parque Natural do Sudoeste Alentejaro e Costa Vicentina en zouden dat nog een paar dagen blijven doen (tot Burgau).

Meestal bleven we hoog boven zee,

 

Verder naar het noorden ligt Lissabon (enzo)

In het centrum van de foto: de Faro van Cabo S.Vicente

 

maar van tijd tot tijd moesten we toch door een barranco.

 

Dezelfde barranco, even later

 

Eén was extra bijzonder omdat een laddertje de daling moest vereenvoudigen. Een minuut later was er een schitterende terugblik “op de gevoelige plaat” vast te leggen.

 

 

 

Twintig minuten later namen we een eetpauze, waarbij ik niet alleen Jacomine, maar ook het merkje van de westelijke Rota Vicentina-variant wist te fotograferen.

 

 

Hierna ploegden we door een floristisch zeer fraai stukje.

 

 

 

Een terugblik

 

Soms was het pad gemakkelijk te belopen, soms een echte enkelbreker.

 

 

 

Nog een terugblik

 

Om half twee bereikten we de kaap.

 

 

Daar vonden we, naast een GR11-bordje, een eerste teken van het bestaan van een Ecovia litoral do Algarve (Pas later ontdekten we daarvan het nut).

Na een bezoekje aan het complex rond de vuurtoren gingen we verder, op weg naar Sagres. Eerst ploegden we over paadjes door de vegetatie, ...

 

 

... later kwamen we (onvermijdelijk) op de weg terecht, met GR-aanduiding ….. welke nu weer? De aanduiding was “rota algarviana”. Later begrepen we dat het hier om een deel van de GR13 gaat, die bij Cabo de S.Vicente start, naar Alcoutim loopt en onderdeel is van de E4, die via Andalucia (GR7) naar het Griekse Sparta gaat).

 

Het veelbezongen kasteel van Hendrik de Zeevaarder, met op de (verre) achtergrond Sagres

 

We kwamen kwart voor vier in Sagres aan, dronken daar wat en namen vervolgens de bus, terug naar Lagos. De temperatuur daalde in die periode maar tot 10 graden. en dat voor de winter. We hadden 23,5km gelopen, in iets meer dan 4½ uur, en onderweg een uurtje rust genomen.

 

 

We aten bij de Chinees in de buurt (uit de menukaart bleek duidelijk dat deze een andere herkomst had dat “onze” Indisch- (en Hongkong-) Chinezen).

(Alleen in Sagres ben ik, voor een kaartje en de bushalte-plaatsen, een Officia de Turismo binnen geweest. Ze vallen in de Algarve aanmerkelijk minder op dan in Spanje en zijn (in november) ook al niet vaak geopend.)

 

Zie voor de GR11 en de GR13: http://www.viaalgarviana.org/index.php/the-track/?lang=en en vooral http://www.euro-senders.com/web_eng/portugal.htm

 

 

 

 

< Terug >

 

 

 

 

Donderdag, 14 november (Sagres-Figueira; 22,4 km, 4:16h)

We zouden het vandaag een beetje rustig aan doen en dat liep dus een beetje uit de hand. Hoe dan? Wel, op verschillende manieren. Natuurlijk bracht de bus ons gewoon naar de haven van Sagres (Baleeria), waar we gister gestopt waren. In de haven bleek je echter niet door te kunnen lopen naar het bijbehorende strand. Omlopen dus, maar daarna ging het weer even goed; tot en met het Praia do Martinhal. Nu is dat Martinhal een hotelcomplex waar je geen kamer kunt huren, maar een van de vele huizen die daar binnen een hek zijn neergezet.

Dat hek ontdekten we pas toen we al op het terrein waren, en als je er zo maar kunt binnenlopen, zal je er toch wel zo weer uit kunnen? Dàt bleek een onjuiste veronderstelling: er was in het noordwesten een uitgang voor auto's die naar de grote weg (N268) liep. Wij deden dat dus ook maar, om daar na ongeveer 2½km vanaf te kunnen: er liep een gemarkeerd pad naar het oosten. Het was opnieuw de GR13, die hier vanaf het westen aansloot. We hadden op een strand- en kustwandeling gerekend, maar het zou vandaag min of meer hetzelfde patroon worden als de dag van gister.

 

 

Omdat ik inmiddels wist dat de GR13 niet langs de kust zou gaan, namen we er na enige tijd weer afscheid van en kwamen we bij het Praia do Barranco (João Vaz). Hier stond een paaltje te melden dat we ons op de PR4 bevonden en dat de markering ons zou begeleiden tot de Ponta da Fisga. Daar moesten we weer op eigen kracht verder. Dat viel niet mee:

 

Omlaag naar het Praia do Zavial

 

nog twee keer hebben we langdurig geprobeerd een pad/passage boven de zee en over de kliffen te vinden, maar bij het Praia do Zival èn bij het volgende strand (Praia des Furnas) lukte dat niet en nadat een Engels-sprekende ons vertelde dat het pad bij de vorige storm verwoest was, bleef ons weinig anders over dan (m.b.v. Maps-with-me) het binnenland in te trekken,

 

Fiqueira in zicht (en zelfs ik...)

 

naar het plaatsje Figueira waar een bushalte was. Hierdoor leek het laatste deel van deze dag nogal op het begin van de vorige. Voordat de bus kwam, hadden we nog even tijd voor een colaatje op een terrasje.

 

 

(Het oorspronkelijke plan om via de kustlijn tot Salema te komen viel vandaag dus in het water.)

In de loop van deze dag gaf de smartfoon het op, dwz: hij zat vast en Maps-with-me was niet meer op te roepen. Pas bij thuiskomst in Nederland heb ik dat probleem kunnen oplossen. Vanaf nu was de oriëntatie "in het veld" niet gemakkelijk meer, wat ik probeerde op te lossen met de aanschaf van wat kaartjes (zie boven; m.i. heeft Portugal geen goede kaarten) en met het “thuis” (in het hotel) met behulp van de tablet bestuderen van m.n. “Maps-with-me” en “Osmand”. Vandaag hadden we 22,4km afgelegd in 4¼ uur. We hadden bijna 1½ uur gepauzeerd; hierin is ook de zoektijd opgenomen die onderweg nodig was.

 

 

 

 

< Terug >

 


 

Vrijdag, 15 november (Figueira-Lagos; 21,5km; 4:21h)

Opnieuw met de bus, terug naar Figueira, om daarna, via een wegje naar Salema, naar de kust te lopen. Dat was eigenlijk een beetje mijl op zeven, omdat de bus (zoals we gister al hadden vastgesteld) ook naar Salema ging (en daarna via dezelfde smalle weg door een prachtige barranco weer terug). Het was dan ook geen straf dit stuk vier keer te zien èn onze tocht "netjes" vanuit Figueira voort te zetten, via een andere weg, een andere barranco.

Het wegje bracht ons naar de zuidelijke buitenwijken van Salema, gebouwd vòòr de crisis en dus nu goeddeels leegstaand.

 

 

Na een kopje koffie klauterden we het dorp uit, de klippen op. Daar was het schitterend en we liepen ruim een kilometer over de klifranden ...

 

Weer eens een terugblik, op Salema

 

... tot we bij de Boca do Rio kwamen. Hier liepen we vast op de rivier. We vonden geen oversteek; net zomin als een Duitse loper dat lukte. De stepping stones waar Rother het over had, waren niet te vinden en een brugje dat ooit te gebruiken moet zijn geweest, was nog maar half aanwezig. Ook was verder langs het strand gaan geen optie: het water was nog niet voldoende gezakt om dat zonder risico's te doen: een aantal rotsformaties blokkeerde de weg.

Eén van de hippie-achtigen die op strand verbleef kwam met de oplossing: er was een rotsricheltje dat naar een paadje leidde. Dat moesten we maar nemen.

Aldus gedaan.

 

Het was een smal richeltje

 

We raakten het spoor van de Duitser hierbij kwijt: hij vond een paadje dat sneller naar het Forte de Almadena leidde dan het wegje dat wij kozen.

 

 

Maar ook wij kwamen boven ...

 

 

... en uiteindelijk bij dat fort aan (alwaar we de Duitser passeerden), ...

 

 

 

 

... om even verder, bij het Praia de Almádena een eetstop te houden. Hier was een haventje dat ooit eens voor het transport van steenblokken was gebruikt. De vervallen gebouwen die er stonden had in het Op Lemen Voeten-boekje blijkbaar tot de naam Praia de Cabanas Velhas (“oude gebouwen”) geleid.

Hierna was de keuze òf via smalle omhoog naar het Ponta de Almádena òf “achterom” via een uitgesleten wegje. We kozen voor het laatste.

 

 

Eenmaal boven kregen we Burgau, aan de rand van het natuurreservaat, in zicht ...

 

 

... en liepen hier rond kwart voor één doorheen.

Het ging vervolgens op Luz aan, waar we een cola-stop maakten op een terrasje op een paradijselijk strand.

 

 

Ons oordeel werd blijkbaar door velen gedeeld: heel wat mensen zaten er hun krant (Telegraaf; Daily Mail e.d.) te lezen of “gewoon” te zonnen.

Na een korte rustperiode maakten wij ons op voor de beklimming van de Atalaia, gemarkeerd door een opvallende obelisk.

 

 

Het werd ons al snel duidelijk dat het door regen sterk geërodeerde recht-toe-recht-aan pad daarvoor niet de meest geëigende manier was en we kozen dan ook voor een paadje dat links daarvan naar boven slingerde. (Beide zijn op bovenstaande foto te zien.) Binnen tien minuten waren we boven;

 

 

...met een schitterend uitzicht op Luz en het Praia daarvan.

 

 

Eén van de meest opvallende zaken van de kust bij Luz is dat de rotsen daar deels uit zandsteen, deels uit kalksteen en deels uit graniet bestaan.

 

 

Deze afwisseling geeft het een geheel een sprookjesachtig karakter.

 

 

Kwart voor vier kwamen we bij de Porto de Mos (opnieuw overigens een Praia), een soort voorstad van Lagos. Daar vond ik aan het eind van het strand een aantal treden die naar boven gingen. Desgevraagd meldde een Franssprekende (Portugees?) dat daarachter een pad doorliep, maar dat het gevaarlijk was. Op grond van ons uiterlijk meende hij echter dat we het wel aan konden.

Wij dus verder... en in eerste instantie was er geen enkel probleem en hadden we een schitterende terugblik op de kust. En toen kwamen we bij een randje en zei Jacomine dat ze niet verder ging.

 

 

Dat was wel jammer: een gootje leidde naar een tunneltje en dat vervolgens naar een trap.

 

 

 

 

Maar omdat het mij volkomen onduidelijk bleef hoe je vervolgens van het strandje (het Praia do Canival) waar die trap op uitkwam verder moest, keerde ook ik terug. Dat wil zeggen: we ontdekten dat die treden bij het Praia do Porto de Mos eigenlijk bij een appartementencomplex hoorden en dat we via dit complex verder, naar ons hotel, konden lopen en dat deden we dan ook.

Een en ander leek duidelijk te maken waarom in het Rotherboekje (van 2005) hier werd aangegeven dat je verder kon, maar dat het Op Lemen Voeten-boekje (van 2011) een omtrekkende beweging maakte (ongeveer zoals wij nu hadden gedaan). We namen ons voor dit alles de volgende dag nader te gaan onderzoeken.

 

 

 

We legden deze dag 21,5km af in 4:20h, daarnaast namen we zo'n 2 uur rust. 

 

 

 

 

< Terug >

 

 

Zaterdag, 16 november (Lagos-Ponta da Piedade-Lagos; 14,1km; 3:05h)

En zo liepen we vanuit ons hotel naar de kop van de haven van Lagos om vervolgens de schitterende kust daar ten westen van te bekijken.

 

 

We passeerden daarbij allerlei strandjes ...

 

 

... en kwamen na verloop van tijd bij een trappencomplex uit dat omlaag liep.

 

 

Aan het eind ervan kon je in een bootje stappen om een aantal grotten te gaan bekijken. Na de trappen af en weer op te zijn gegaan liepen we door tot bij de vuurtoren (farol) van de Piedade.

Daarna gingen we verder ...

 

 

... naar het Praia do Canival. Althans, we kwamen er boven te staan maar hebben geen mogelijkheid gevonden om omlaag te gaan en het trappensysteem dat we gister zagen vanuit hier te benaderen.

Op de Google-Maps-foto ...

 

 

... toont A de plaats waar Jacomine gister voor het gootje bedankte, B het toen gefotografeerde trapje en C de plaats waar een hek voorkwam dat we vandaag verder (omlaag) konden.

 

 

 

Het smalle paadje langs het witte gebouwtje leidde ons naar een parkeerplaats en daarna naar de straat. (Op de foto zien we dat er tussen B en C een tweede trap is; allemaal privé.)

 

Hoe de routes van 18 en 19 november op elkaar aansloten

 

Wij gingen verder en passeerden rode markering, zoals we die ook wel onderweg hadden gehad.

 

 

(Blijkbaar is de route van Op Lemen Voeten inmiddels de officiële.)

Toen nog even een foto van de bougainville en van mij (ik zit hier "linksboven" het zwembad dat op de Google-maps-foto's zichtbaar is).

 

 

Even later kwamen we de straatnaam Camino Velha tegen. Ik herinnerde me die van gister: we hadden inmiddels alles gelopen tussen Vila do Bispo en Lagos.

 

 

We liepen opnieuw naar het strandje van Porto de Mos om daar een kop koffie te gaan drinken en besloten daarna de tocht via de buitenwijken van Lagos voort te zetten.

 

 

Dit betekende dat we een fraai paadje door een barranco aan de rand van de stad konden volgen ...

 

 

... dat uiteindelijk bij een weg uitkwam. Daarna kozen we een snelle doorsteek naar het centrum. Daar kwamen we prachtige huizen tegen in de Algarvestijl: voorzien van tegels met steeds hetzelfde patroon ...

 

 

... en vaak ook een speciale daklijstversiering.

We liepen ook nog een heel stuk langs de ommuring.

 

 

Helaas is de deze zo smal uitgevoerd dat er geen mogelijkheid is er overheen te lopen; daarnaast zijn alle torens ontoegankelijk.

Deze dag deden we het wat kalmer aan: 16,1 km in 3½ uur, met daarnaast 2¾ uur rust en "tussenstopjes (in Lagos).

 

 

 

 

< Terug >

 

 

 

Zondag, 17 november (Lagos-Vale da Lama-Lagos; 23,5km; 4:16h)

Ook deze dag zouden we geen bus nodig hebben; d.w.z. als we ons niet zouden houden aan Rothers route 8 en dàt deden we.

Vanuit het hotel liepen we naar en langs de stadspoort ...

 

 

... en het kanaal dat de havens van Lagos verbindt met de zee. Op hoogte van het busstation staken we met de loopbrug over naar de andere kant, bij het treinstation en de vissershaven. Om die laatste moesten we heen om daarna bij het oostelijke havenhoofd en het strand terecht te komen. Drie kwartier later waren we bij het oostelijke pier van de Rio de Alvor en maakte ik een foto(stitch) van het strand, met Lagos op de achtergrond.

 

 

Achter de pieren ligt een delta-gebied waar we doorheen trokken. Een dijk bracht ons tenslotte op droge grond,

 

 

waarna we het treinstationnetje van Odíaxere probeerden te vinden. Dat is ons niet gelukt. Wel zagen we de spoorbrug over de rivier. Deze was smal en niet geschikt voor wandelaars.

Na een korte stop liepen we via Vale de Lama en Albardeira terug naar Lagos. Bij de jachthaven dronken we een colaatje. Daarna bleek dat de oude brug zelfs voor wandelaars was afgesloten. We keerden via de grote weg naar Lagos terug, waarna we het kanaal in zijn totale lengte afliepen. Halverwege zagen we de Bõa Esperança,

 

 

(een replica van) het schip waarmee Bartholomeus Diaz Kaap de Goede Hoop ontdekte, en ook nog een beeld van Hendrik de Zeevaarder.

 

 

(Ook in Sagres hadden we hem al een keer weergegeven gezien. Die beelden lijken sterk op elkaar, en dan is het aardig te weten dat er geen enkele authentieke afbeelding van hem bekend is.)

In het centrum van de stad nuttigden we een uitstekende maaltijd.

 

 

We legden deze dag 23,5km af (in 4¼h), daarnaast namen we 2½ uur rust, m.n. tijdens het dwalen door Lagos (en waarin ook de eetstop verborgen zit).

 

 

 

 

 

 

< Terug >

 

 

Maandag, 18 november (Portimão-Alvor; 18,1km; 3:21h)

Voor de tweede keer liepen we tegen de west-oost-route in. Dit keer om logistieke redenen: er ging 's ochtends op een veel gunstiger tijd een bus naar Portimão dan naar Alvor. Vanaf het busstation van Portimão liepen we eerst naar het Forte de Santa Catarina ...

 

 

... om daarna op het strand van Praia de Rocha terecht te komen.

 

 

Er lag hier een plankenpad waardoor we lekker opschoten. Bij Castelos beklommen de we rotsen om vanaf daar een groot deel van de dag de zee van bovenaf te zien.

 

 

Het was een schitterend en doorgaans gemakkelijk pad.

 

 

 

Pas vlak voor Alvor liepen we tegen een barricade op: een appartementencomplex. Via het terrein ervan kwamen we op het strand. Na verloop van tijd kozen we ervoor door het duinterrein verder te gaan; het was een pad dat uiteindelijk in een weg overging. Deze bracht ons naar de oostelijke pier van de Rio de Alvor,

 

 

waardoor we uitzicht kregen op de westelijke pier (waar we gister waren) en Lagos.

 

 

Via een plankenpad ...

 

 

... liepen we naar Alvor, waar we de kerkdeuromlijsting in Manuelo-stijl bezichtigden.

Terug in Lagos passeerden we het spraakmakend beeld van Don Sebastião, die tezamen met vele duizenden tijdens een kruistocht voorgoed in Noord-Afrika verdwaald is. Dàt heeft de kunstenaar, niet naar ieders voorkeur, willen vastleggen: m.i. ziet de koning er inderdaad wat (voorgoed) verdwaald uit en is de kunstenaar dan ook in zijn opzet geslaagd.

 

 

 

 

Daarna gingen we met de bus naar Portimão en vervolgens terug naar Lagos. We hadden 18,1km in 3:20h gelopen. Ondertussen hadden we 1:10h gerust.

 

(Nu valt de vraag te stellen: “Moest het stuk tussen Vale da Lama en Alvor niet gelopen worden?” Wel, daar hebben we niet voor gekozen. De vorige dag hadden we al vastgesteld dat de spoorbrug niet door wandelaars gebruikt kon worden en dat dat betekende dat je vanuit Vale da Lama naar de N125 moest, dan vervolgens 12 km via deze en de M531-1 te gaan. Dat gold volgens Google voor een automobilist. Wanneer je dit stuk als wandelaar wilde doen, stuurde dit programma je tussen N125 en M531 om een of andere reden eerst nog naar de A22, waardoor de afstand 18,3 km werd en je ruim 1 km via een ventweg langs de snelweg moest. Dàt vonden we onzin, reden waarom we voor de huidige oplossing kozen: een soort eilandhoppen zonder eiland.)

 

 

 

 

 

< Terug >

 

 

Dinsdag, 19 november (Lagos-Albufeira [ApartHotel Peladium])

We verhuisden, per bus, van Lagos naar Albufeira. Ook daar was een goed hotel. Het enige bezwaar was dat er geen WIFI op de kamers beschikbaar was; daarvoor moest je naar de receptie/lobby.

Het busstation lag op ongeveer 1 km afstand, maar er was een bushalte vlak voor het hotel. Deze konden we in een aantal gevallen gebruiken.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

< Terug >

 

 

Woensdag, 20 november (Ferragudo-Benagil; 18,3km; 3:41h)

We pasten dezelfde tactiek als eergister toe ("eilandhoppen zonder eiland" dus). Tegenover Portimão, aan de andere kant van de rivier (Rio Arade), lag Ferragudo. Daar zouden we starten (en de brug, met aan- en afloop, lieten we dus voor wat deze was). Dat scheelde ons 3½km, waardoor het ons mogelijk leek om Albufeira lopend in 2 dagen te kunnen bereiken: 45km was het toch zeker.

We gingen dus met de bus vanaf het busstation van Albufeira naar Portimão, waar we de bus naar Ferraguda pakten.

Eenmaal daar aangekomen, dronken we wat koffie voordat we het dorpje bezichtigden ...

 

 

... en op weg gingen naar het Forte de S. João.

We konden hier aan de zeezijde langs; het was laagwater (en vanwege nieuwe maan) superlaag. Omdat dit voor de komende dagen grofweg tussen 10:00 en 14:00h. optrad, hadden we daar bij onze strandtochten veel plezier van: er was een band van vochtig, stevig zand.

Na het Fort en het Praia Grande kwamen we bij een oase-achtig gebied,

 

 

de oostpier van de Rio Arade en de vuurtoren (farol) van het Ponta do Altar, met een schitterend uitzicht over Lagos en wat we de afgelopen dagen gedaan hadden.

 

 

Een bord meldde ons dat we ons op één van de Escuteiros Católicos bevonden: het Percurso São Paulo van het Ponta naar het Forte de Calvoeira en dat deze 5,3km lang was en 3h zou gaan kosten. De markering was geelrood (PR-achtig dus).

De uitzichten waren weer schitterend en het pad was goed; rond half twaalf passeerden we de Torre de Marinha. Maar even verder, na een vuurtorentje, moesten we de kust verlaten om langs een buitenwijk van Calvoeira (een urbanização) te kunnen komen. We zagen daar een prachtig windmolentje.

 

 

We hadden over dit stuk (het Percurso São Paulo) ongeveer 2½ uur gedaan.

 

 

De markering liep verder (soms in de vorm van steenmannetjes) en we volgden die. Een uurtje later bleek het hier om de PR1 van Lagao (LGA) te gaan.

 

 

Om twee uur kwamen we in de buurt van de Farol de Alfanzina.

 

 

De markering was goed, evenals de houten balustrades die bijvoorbeeld rond erosiegaten stonden; geen sinecure, het waren grote gaten tot aan het strand/zee, soms zelfs zo dat de resterende rotsen een soort brug vormden.

 

 

De strandjes onder ons hadden slechts één op/afgang, zodat je ze slecht in een doorgaande tocht kon opnemen.

Tegen drie uur kwamen we uit bij het (vissers)haventje van Benagil. Hier zouden we de bus pakken en ik vroeg dus aan één van de inwoners naar de halte. "Er is hier geen halte, er komt hier dan ook nooit een bus". Ik heb hem niet gevraagd waarom de busmaatschappij EVA Benagil dan in zijn routeschema had opgenomen; zo goed is mijn Portugees nu ook weer niet.

Na wat zoeken en nadenken vonden we de halte in een deel van het dorpje waar ik 'm niet verwacht had. Net op tijd, want de bus liet maar kort op zich wachten. Dat wil zeggen: we stonden op de plaats waar je kon uitstappen, hierna draaide de bus om de rotonde van Benagil, waarna hij aan de andere kant van de weg (zonder haltebordje!) zou stoppen; daar (en alleen daar) mocht je instappen. Gelukkig voor ons hadden we dat juist op tijd dòòr.

Vervolgens bracht deze bus ons zonder problemen naar het busstation van Lagoa, waar we overstapten voor Albufeira.

 

 

We hadden vandaag 18,3km afgelegd in 5:20h. Door veel zoekactiviteiten (dan staat de GPS stil), o.a. in Benagil, hebben in die tijd 1:20 rust en tussenstopjes genomen; onze looptijd was 3:40h.

 

 

 

 

< Terug >

 

 

Donderdag, 21 november (Benagil-Albufeira; 27,5km; 5:30h)

Vandaag legden we de busreis in omgekeerde volgorde af en probeerden we Albufeira te bereiken. Dàt lukte, maar kostte wel heel wat tijd en energie.

Bij Benagil gingen we zo snel mogelijk omhoog naar het kustpad,

 

 

zò dat we aan het eind van de klim ontdekten dat we een route hadden gekozen, die eigenlijk niet was toegestaan.

De omgeving was weer even mooi als gister, opnieuw met grote erosiegaten en fraaie stranden.

 

 

 

 

De markering bestond in eerste instantie uit geelrode strepen, maar ging na verloop van tijd over in rode (en af en toe gele) stippen. Geleidelijkaan kwamen we nu wel langs de zee te lopen, soms op zandstrand, soms over een stenige ondergrond.

Om half twaalf waren we op het rotsige Praia de Albandeira. Hier kozen we (tenslotte) voor het beklauteren van een trapje dat privé leek en het begin extreem lastig oogde.

 

 

Dat viel allemaal nogal mee en was ook nog eens leuk! Al heel gauw daarna stonden we bij het kapelletje van de Senhora de Rocha ...

 

 

Voor ons uit lagen nu Armaçao de Pêra en, verder weg, Albufeira. Om kwart voor één liepen we op de boulevard van het eerste plaatsje ...

 

 

... om daarna via het strand ...

 

 

... en een plankenpad parallel aan het Praia de Galé verder te gaan.

 

 

De kust daarna, bij Sesmaria's, is weer rotsachtig; ...

 

 

... deze vonden we even fraai als dat wat we eerder deze dag hadden gelopen.

Af en toe liepen we nu ook nog door metershoog riet.

 

 

 

 

Een uur later kwamen we uit op de Caminho da Baleeira en draaiden om een sloppenwijkje heen.

 

 

Jacomine meende dat de mensen aldaar het vast niet leuk vonden dat ik fotografeerde, m.i. waren ze niet blij met onze aanwezigheid.

Nadat we vervolgens ook nog om de jachthaven waren heen gedraaid, waren we in een maar al te kleurig wijkje, ...

 

 

... waar we aan cola konden komen.

Inmiddels werd het fris en probeerden we zo snel mogelijk via de (vissers)havenbuurt van Albufeira bij ons hotel te komen. Voorwerk deze ochtend m.b.v. mijn elektronische kaarten maakte het mogelijk om dat redelijk snel weer terug te vinden, toch kostte dat iets meer tijd dan strikt mogelijk was, omdat Jacomine niet helemaal tot zeeniveau wilde dalen, je moest daarna immers weer een 30m stijgen.

Om vijf uur stapten we het hotel binnen. We hadden 27,5km afgelegd in bijna 7½ uur. Daarin hadden we bjna 2 uur rust genomen.

 

 

 

 

 

 

 

< Terug >

 


 

Vrijdag, 22 november (Albufeira-Sa.Eulalia-Albufeira; 16,6km; 3:43h)

Het stuk tussen Albufeira en Faro is ongeveer ongeveer 40 km. Dat zou natuurlijk mooi in twee dagen moeten kunnen, maar de ervaring had geleerd dat een echte kustwandeling je toch voor allerlei verrassingen plaatste die pas ter plaatse tot een (of andere) oplossing kwamen.

Na de klus van gister wilden we het so wie so een beetje kalmpjes aan doen. Verder was het weer aanmerkelijk minder dan de afgelopen dagen. (We zagen gister de weersomslag al; bij Armaçao de Pêra.)

En zo startten we om vanuit het hotel via Albufeira's binnenstad naar het strand te komen. We begonnen om half tien, opdat we geruime tijd van laag water konden profiteren.

 

 

Volgens Rother zouden we na het Praia dos Alemanos (1km) het rotspad moeten nemen, om 1½km later ons net als gister een weg te zoeken tussen de waterlijn en de kliffen. Een kilometer of drie later zouden we weer zandstrand hebben.

Na dat eerste zandstrand ging het al meteen mis. Aan het eind ervan konden we omhoog, maar liepen daarbij een hotelcomplex binnen waaruit we ons slechts met moeite een weg wisten te vinden. Nadat ons dat gelukt was, zijn we op zoek gegaan naar een mogelijkheid verder naar het oosten te komen.

Daarvoor moesten we om de wijk Forte de São João heen, om bij Oura weer bij de kust te kunnen komen.

Daarna kregen we een kust die vergelijkbaar was met gister: zand en rotsen, waarbij we afwisselen bovenlangs en over het strand konden/moesten. Uiteindelijk probeerden we vòòr het opkomende water uit de Petra de Picos te ronden. Jacomine vond het op gegeven moment toch te link worden; stel je voor, dat we terug moeten en het water inmiddels tot onze kruin zou staat?

Het alternatief leek ook niet erg aanlokkelijk: een heel eind terug. Maar een paar honderd meter terug vond ik dat een richeltje toch gemakkelijker te nemen was dan het eerder had geleken en nadat ik had vastgesteld dat er daarna een doorlopend pad was, liet Jacomine zich overhalen en het richeltje optrekken, waarna we zonder al te veel moeite terechtkwamen op het Praia de Balaia.

Aan het eind van dit strand werd ons duidelijk gemaakt dat we omhoog moesten, waardoor we weer in een hotelcomplex terechtkwamen, dit keer van Alfagar. Het uitgebreide plankenpad/trappensysteem was voorzien van teksten die duidelijk maakten dat de onvermijdelijke erosie alleen door hotelgasten mocht worden veroorzaakt.

 

 

 

 

Er zat weinig anders voor ons op dan via de receptie het complex te verlaten.

 

 

Verder lopen had geen zin: de kans dat we, voor het koud werd (ong.16:00h) Quarteira (met een busstation) zouden bereiken was veel te klein. Een deel moest over het strand, maar bij opkomend water (en vloed) en dus met een (te) smalle rand van hard zand. Halverwege kiezen voor een bus was ook niet goed mogelijk, ik wist dat je voor een bushalte in dit gebied heel ver het binnenland in moest en dat het niet gemakkelijk was om vanaf het strand bij wegen te komen. Ik onderbrak de werking van de GPS. We stelden vervolgens vast dat er een bushalte voor het hotel was (i.v.m. morgen) en liepen via het “binnenland” terug naar ons eigen hotel. Daarbij liepen we door een wijkje van Albufeira dat ons nog het meest deed denken aan oorden als Benidorm, Val Clarat en Lloret de Mar.

 

 

Om kwart over drie waren we weer "thuis".

 

 

 

Onze route vanaf een koffietentje in Albufeira t/m het middagmaal in Sa.Eulalia

 

 

De route terug, nu van boven en niet in vogelvlucht

 

 

Het totaal

 

We hebben deze dag 16,6km gelopen in 5h; in de praktijk waren we in die tijd 3¾ uur actief geweest.

 

 

 

 

< Terug >

 

 

 

Zaterdag, 23 november (Quarteira-Sa.Eulalia-Albufeira; 20,9km; 4:00h)

Uit logistieke maar ook uit weertechnische overwegingen kozen we ervoor de bus naar Quarteira te nemen. We konden van daaruit dan teruglopen tot waar we gister gebleven waren en daar dan de bus nemen (als we daar behoefte aan hadden). Zo hoefden we niet naar het busstation van Quarteira te zoeken. Verder: het regende, vanuit het oosten en je kunt regen (met de wind) maar beter in de rug hebben.

De rit naar Qarteira was uitzonderlijk fraai: deze ging door Vilamoura, een kruising tussen Marbella, Wassenaar en Menton, schitterend aangelegd (en poenig sjiek).

Vanuit het busstation liepen we naar en over de boulevard ...

 

 

... en vervolgens door de vissershaven. Daarna liepen we door een ruderaal terreintje waarna we om een buitengewoon sjiek hotel draaiden en op de kade van de jachthaven (van Vilamoura) terechtkwamen. Hier werd het tijd voor een kop koffie ('americano'). Het tentje dat open was, was niet erg gezellig en begrijpelijkerwijze duur. Vervolgens verlieten we de haven en liepen langs een Romeinse opgraving ...

 

 

... en daarna door een vlak en boomrijk gebied rond de Ribeira de Quarteira. Nadat we die via een brug waren overgestoken, kwamen we al snel op het strand (Praia de Rocha Baixinha dat uiteindelijk overging in het Praia de Falésia, met prachtige zandsteen-, kalkzandsteen- en kalk-structuren).

 

 

Voor Olhos de Agua moesten we van het strand af en door het dorp.

Daarna hebben we nog een stukje strand “gedaan” op het Praia de Maria Luise (zonder succes) geprobeerd bij hotel Alfagar alsnog “onderdoor” aansluiting te vinden bij de route van gister. In de praktijk kozen we ervoor aan de oostkant van Torre da Medroheira via een barranco die ik voor het gemak maar Barranco de Balaia noem, naar de Estrada de Albufeira te lopen. Het was een buitengewoon mooi gebied.

 

 

Vervolgens zijn we, na het onderbreken van de GPS en evenals gister, maar via een andere route, naar ons hotel teruggelopen.

 

 

We hadden 20,9km afgelegd. We waren meer dan 6 uur onderweg geweest en hadden daarin ongeveer 2 uur gerust.

 

 

 

 

< Terug >

 

 

 

Zondag, 24 november (Quarteira-Faro[Forum]; 22,2km; 3:54h)

Opnieuw naar Quarteira-terminal, nu om via de één kilometer lange boulevard naar het oosten te lopen,

 

Terugblik over wat we langs die boulevard al gelopen hadden

 

in de hoop in ieder geval tot het Praia de Faro te lopen of het vliegveld. Daar immers zijn bushaltes.

Het was een schitterende dag en we hadden nog steeds het geluk van laag water, waardoor we tussen 10 en 11 uur het hele stuk tussen Quarteira en Ançao konden afleggen. Een prachtig strand, nu met aanmerkelijk minder rotsstructuren dan gister.

 

 

Rond 10:15h vond ik een linkerklep van een pholade (Pholas dactylus), en het is flauw om dat iemand te laten meemaken die thuis juist begonnen is zijn schelpenverzameling op te ruimen. Een complete klep van een pholade vinden is nogal wat.

 

 

(Toevalligerwijze is het opruimen systematisch gestart; ik bedoel: ècht volgens de biologische systematiek: Nucula, Arca en Glycymeris eerst. Die had ik thuis al weg gegooid en nu manmoedig op het strand laten liggen, maar een pholas.... [en bovendien staat die heel laat in de systematiek]: het leven zit vol verrassingen. Over wat ik verder op het strand aan mollusken ben tegengekomen: zie Flora & Fauna.)

Bij Ançao kwamen we op het Ilha de Faro en inderdaad: Ilha betekent eiland, maar hier moest het toch echt in de betekenis van “schiereiland” gebruikt worden.

 

Het kwelder/duingebied

 

We liepen door tot het Praia de Faro, niet alleen een strand, maar ook een (uiterst) klein plaatsje op het eiland. Via een brug/dijk ...

 

De beide zijden van de weg/dijk

 

... was het aangesloten op het vasteland, waar de bushalte was van de bus naar het busstation. Wij besloten (om 12:30h) door te lopen naar het vliegveld (waar we dezelfde bus zouden kunnen nemen).

Aan beide zijden van de dijk lag een kwelderlandschap dat volkomen afweek van wat we tot nu in de Algarve waren tegengekomen, maar de komende week regelmatig zouden zien.

 

 

Aan het eind van de dijk maakte ik een inschattingsfout; we sloegen te vroeg af in de richting van Faro. Zo kwamen we op een wegje dat rond het vliegveld leek te lopen. Nadat ons tegemoet komende fietsers ons verzekerden dat het pad doorliep tot Faro besloten we verder te gaan; het was immers nog vroeg (12:45h).

 

 

Op één punt was er enige onduidelijkheid en kozen we natuurlijk eerst het brede pad dat doodliep, voor het ons duidelijk werd dat dat smalle paadje de doorgaande weg was. We zagen onderwijl onder andere flamingo's en roodborsttapuiten.

 

 

Natuurlijk moesten we bij een waterzuivering toch nog door een hek heen, maar duidelijk zichtbaar was dat velen ons daarin/door waren voorgegaan.

Eenmaal langs de bebouwde kom lopend, zagen we een Algarve-watermolen ...

 

 

... (zoals we die ook op een tegeltableau op de busterminal in Quarteira hadden waargenomen. (Hij leek sprekend op het virtuele perpetuum mobile dat ik gebruikte om in de bovenbouw het laatste lesuur van het jaar niet zonder hoofdbrekens te laten verlopen.)

 

 

Rond tweeën kwamen we langs de N125 te lopen. Dat was niet zo leuk en toen ik na ongeveer een kilometer naar links een verwijzing naar het Forum zag, stelde ik Jacomine voor daar de bushalte te zoeken. Ik wist namelijk dat daar ongeveer de enige halte in Faro van onze bus zou moeten zijn. Toen we op dit enorme plein kwamen, hadden we natuurlijk niet meteen voldoende overzicht om meteen naar de (juiste) bushalte te lopen. Daarom vroeg ik aan een dame was deze was. Natuurlijk koos ik daarvoor de enige dame op het hele plein/plantsoen die alleen maar Portugees sprak. Terwijl ik wat vaag stond te hakkelen, bleef ik (niet zo beleefd eigenlijk) rondkijken. Nadat de dame in de verkeerde richting wees en ons meedeelde dat we toch het best naar het busstation konden lopen (dat was, wist ik, ongeveer 600m), nam ik snel afscheid: ik had de halte gespot en me gerealiseerd dat de bus niet lang op zich zou laten wachten.

Alles bleek te kloppen en via Quarteira kwamen we rond vier uur weer in Albufeira aan.

 

 

We legden vandaag 22,2km af in 4¾ uur, waarvan ruim drie kwartier in ruststand.

 

 

 

 

 

 

< Terug >

 


 

Maandag, 25 november (Paderne-Albufeira; 24,2km; 4:42h)

Oorspronkelijk was het mijn bedoeling deze dag vast wat in de omgeving van Faro te lopen, om niet het risico te lopen dat we daar later gaten zouden moeten laten vallen. Maar logistiek was dat toch wel een probleem en Jacomine kwam met het voorstel een stuk in het binnenland te doen. Met de bus naar Paderne en dan via het kasteel en de Romeinse brug langs de rivier, om vervolgens ergens de bus te pakken.

Net als ik de afgelopen dagen al had gedaan, ging ik naar de receptie/lounge omdat (alleen) daar WIFI was en ik niet alleen Maps-with-Me, maar ook Osmand en Google-Maps wilde consulteren.

En zo gingen we vanaf het busstation van Albufeira naar Paderne om daar een soort combinatie van wandeling 33- en 34 uit het Rotherboekje te gaan maken.

 

 

Na de koffie zochten we het begin van de route naar het kasteel (nr.34). Na enige tijd ontdekten we markering en later een informatiebord. Dat gaf aan dat onze route onderlangs het kasteel, langs de rivier liep en ophield bij de Romeinse brug. Wij wisten van route nr.33 dat je daar verder langs de rivier zou moeten kunnen en ook vonden we dat we toch echt bij het kasteel moesten gaan kijken. Het klimmen (en dalen) namen we voor lief.

 

 

Dit ging overigens niet vanzelf, eenmaal boven (even voor elfen) zei Jacomine dat ze niet via dezelfde weg omlaag wilde. Hoe daarna de voortzetting zonder helikopter zou moeten verlopen, werd zonder meer aan mij overgelaten.

Gelukkig kon ik de suggestie doen ontstaan dat ik hier eerder geweest was en een uitstekende afdaling wist. Toevallig gaf die (ook nog) een fraaie terugblik op de kapel van het kasteel.

 

 

Vervolgens kwamen we terug op het paadje langs de rivier en naar de Romeinse brug, waar we rond 11:10h aankwamen.

 

 

Daar vonden we een paaltje met gele markering (PR1) en we liepen een stuk naar het zuiden, hierbij van tijd tot tijd de (droogstaande) bedding overstekend.

 

 

De markering was inmiddels overgegaan in rode en witte stippen.

Op gegeven moment passeerden we een watermolentje met aquaduct: fraai!!

 

 

Maar even later raakten we het spoor bijster. Samenvattend: wat we ook probeerden, een voortgang langs de rivier zat er niet meer in en naar de andere oever konden we ook niet meer komen, daarvoor waren de oevers te steil en stond er hier ook nog eens water in de bedding. We kozen (rond half één) aan de oostzijde van de rivier een pad/wegje dat geleidelijkaan omhoog voerde èn .. ons een schitterend uitzicht over de omgeving bood.

Deze weg voerde naar Malhadais, maar om dat te bereiken moesten we nog meer klimmen dan we al deden en het pad voerde bovendien ook nog eens “terug” naar het noorden, terwijl er een alternatief omlaag naar het zuiden ging. Dit pad zou ongetwijfeld naar de N125 voeren, waar we nader beraad zouden kunnen houden.

Het ging allemaal uitstekend, tot 250m vòòr de N125. Het eind van het pad/wegje leverde een voorde door de rivier met daarachter een stevig gesloten hek.

 

 

Terug, durfde ik wel in te schatten, zou kilometers omlopen zijn. En dus drong Jacomine door een soort heg een tuin binnen. Niemand thuis en geen hond; via de “oprijlaan” naar een hek en muur langs de N125. Erover en … wat nu?

 

 

We liepen drie honderd meter in oostelijke richting langs de N125, terwijl ik m.b.v. een uitdraai van de bustijden (ook had ik pdf-filetjes op de tablet) vaststelde dat de snelbus nog wel even op zich zou laten wachten.

We besloten een wegje naar het zuiden te nemen, in de hoop dat het in ieder geval door zou lopen tot de Estrada de Albufeira. Dit kenden we immers.

 

 

Wel passeerden we iets na 13:15h de spoorbaan en kwamen iets later op de M526 uit. Hierover ging de bus van de linha literal (van en naar Quarteira), maar ook die was voorlopig nog niet in de buurt. Na ruim een kilometer namen we weer een kleinere weg naar het zuiden, die ons even ten oosten van Torre da Medronheira op de ons bekende Estrada de Albufeira bracht.

Ook nu lukte het op een alternatieve manier vanuit het oosten bij ons hotel aan te komen.

 

De route van deze dag

 

Onze route had vandaag een lengte van 24,2km. We waren 6¾ uur van huis waarin we (mede door een eenvoudige doch voedzame maaltijd) meer dan twee uur rust hadden genomen.

 

 

 

 

 

< Terug >

 


 

Dinsdag, 26 november (Albufeira-Olhão [Real Marina Residence])

Vandaag de verplaatsing van Albufeira naar Olhão (spreek uit: Oljân, nadruk op laatste lettergreep; O is bijna een de “u” van dun. Voor nadere info zie: Iets over het Portugees.)

Met de bus gingen we via het busstation van Faro naar dat van Olhão. Dat ging niet zonder een probleempje: in een buitenwijk van Faro had zich een auto onder een vrachtauto gemoffeld en het duurde even voordat dit was opgelost. Er was gelukkig geen persoonlijke schade.

 

 

Uiteindelijk liepen we toch door Olhão naar de Avenida 5 de Outubro nr.2 (zoals de uitdraai van Expedia.nl aangaf).

 

 

Dat was een ongelukkig moment: Zagen we vòòr ons het hotel? Dan wel: vervallen en verlaten!!

 

 

Als dit het juiste adres was, waren we bedonderd... en we liepen de avenue dus twee keer op en neer, met de vraag: “Hebben we ons vergist/Wat is er aan de hand?”.

We zagen niets anders dan restaurants en kleine winkeltjes, niets wat in de richting ging van het fotootje op de Expedia-uitdraai en er bleef weinig anders over dan het laatste gebouw op de boulevard binnen te gaan: het politiebureau.

Daar bleek weer hoe Nederlands gedrag afwijkt van het in Europa gebruikelijke. Ik meende meteen naar de lege balie te kunnen marcheren om mijn vraag te kunnen stellen. Dat was helemaal mis. Er werd mij in gebaren duidelijk gemaakt dat ik achterin de rij moest aansluiten. Rij? Welke rij? Wel, dat groepje familieleden blijkbaar.

De bedoeling werd duidelijk: er kwam een commissaris, generaal of andere hoogwaardigheidsbekleder die mij (buiten de “rij” om) in onberispelijk Engels vroeg waarmee hij mij kon helpen. Ik meldde ons probleem. Je zag hem een zucht van verlichting slaken; dàt probleem was gemakkelijk op te lossen! Hij nam ons mee naar buiten, wees op een viertal barakken, gaf aan dat daarachter zich hotel bevond en wenste ons een prettig verblijf aldaar.

(Op Google-Maps van 12 december 2013 [en 6 februari 2014] staan die barakken nog steeds weergegeven en van het hotel is geen spoor aanwezig. Op bijgaande foto: iets rechts van het bomenrijtje bij de jachthaven: het politiebureau, het hotel staat daar waar we links die ellips lopen. en bij de losse'"pluimpjes" uiterst links de 7 (!!) appartementencomplexen. De huizen boven de vier barakken en B zijn weg; er is een kale vlakte (ter compensatie van het stuk dat nu door het hotel met zijn annexen wordt ingenomen, denk ik.)

 

 

Datzelfde "prettig verblijf" werd ons ook door de receptiemedewerker gewenst, toen wij toen we bij het hotel aankwamen en hoorden dat we in het eerste complex in de tweede liftzone op de tweede verdieping waren ondergebracht.

Dat was een ruimte van ongeveer 100m², bestaande uit een slaap-, huiskamer, keuken, 2 badkamers, een gang, een eetkamer en een bovenmaats balkon.

 

 

(De foto van het tweede complex laat er iets van zien, maar staat 180º anders op de zon georiënteerd [wij zagen de zon vanuit ons bed opkomen].)

Na het inrichten werd het tijd voor een oriëntatiebezoek aan de stad: de boulevard, ...

 

 

.... afvaartplek van de pontveren, havens,

 

 

.... spoorwegstation, kerk, “rambla” en binnenstad.

 

Weer eens een huis met tegeltjes

 

Ook deden we wat inkopen. Tenslotte aten we ergens op de boulevard, waar mijn pogingen iets in het Portugees te zeggen dusdanig op prijs werd gesteld dat ons versgeroosterde noten en een speciale aperatief werd aangeboden. Omtrent onze plannen de volgende dag werd onderling stevig gediscussieerd (evenals over de vraag of je geroosterde noten met bolster en al kunt/moet eten. Men haalde uit het Rother-boekje een schrijffout: “Cacelha vela” moest “Cacela velha” zijn. Op mijn vraag of je van het schiereiland van Cacela velha naar het Ilha de Tavira kon lopen, was men duidelijk: “Nee” …. “hoewel, de kust hier verandert met de dag, zeker weet je het dan ook niet.” Ik realiseerde mij dat hier in feite van een waddenkust sprake was en het verstandig was even voorzichtig met tij en zand/slijkplaten te zijn als in onze Waddenzee. (De vraag was gebaseerd op de Rothers routetekening op het kaartje bij nr.22. Je zou van het ene naar het andere (schier-)eiland kunnen lopen. In de tekst stond ten overvloede dat je de “Barra do Lacém” kon oversteken: “... Have no fear! “barra means “sandbank”. Only during high tide ie there a danger of getting your feet wet.”

 

Hotel vanaf de kust gezien

 

Terug in ons appartement bleek ook nog eens dat de Wifi uitstekend was geregeld, veel beter dan de documentatie aangaf. Een nader onderzoek via Google van de zandbanken tussen de eilanden gaf aan dat het oorspronkelijk plan om te eiland-hoppen definitief in de prullenbak kon.

 

 

 

 

< Terug >

 


 

Woensdag, 27 november (Vila Real de Santo António-Cavita; 23,5km; 4:14h)

We besloten dus om logistieke redenen om de rest van onze tochten van oost naar west te doen: de situatie rond Olhão en Faro was, mede door de eilanden, ingewikkelder dan bij Vila Real de Santo António èn door eerst met de bus langs de kust te rijden, kregen we idee waar de bushaltes waren.

Vandaag bracht de bus ons "dus" naar de haven van Vila Real de Santo Antonio. Die en de overkant van de Rio Guardiana (Spanje dus) lagen er zonovergoten bij.

 

 

We liepen nu, eerst over de boulevard en later over een weg tussen bos en havenbuurt en langs een natuurreservaat ....

 

 

naar de westelijke pier.

Nadat we die bereikt hadden, liepen we over het strand en later over een plankenpad naar het westen ...

 

De vissersvloot van Monte Gordo

 

... tot we bij Monte Gordo aankwamen en een colaatje dronken, met, op voorstel van de ober, heerlijke amandelcake.

We waren hier niet de enige Nederlanders, nee je zou je zelfs kunnen afvragen of er behalve Portugese bediening nog andere nationaliteiten waren en of er nog pensionado's in Nederland waren.

De meesten kwamen toch voor andere “activiteiten” dan wij en we lieten ze na enige tijd hun ligstoel, zonnecrême en cocktail/koffie.

 

Terugblik op Monte Gordo

 

Wij kregen nu (rond kwart voor twaalf) geruime tijd opnieuw een plankenpad, waarover we lekker opschoten. Vervolgens passeerden we Altura.

 

 

Dat was een punt waarop ik getriggerd was, hierna kwam al binnen een kilometer Manta Rota met zijn parkeerplaats bij de kust. Toen ik die zag, denderde ik op een dijkje af om daarop te klimmen om overzicht te krijgen en te kunnen vaststellen hoe en waar we het binnenland in moeten lopen.

Het punt was namelijk dat hier een schiereiland begon en het was niet mijn bedoeling daar heen en weer te gaan lopen.

Terwijl ik een route naar boven zocht, werden we aangesproken door een Frans echtpaar dat hier in hun camper vakantie vierde. Als we richting Cacela Velha wilden lopen (en dat wilden we) moesten we gewoon voor het paadje langs de parkeerplaats kiezen. Zo gezegd, zo gedaan.

Het was een prachtig stuk om doorheen te ploegen, waarbij we ook nog enige hoogteverschillen kregen.

 

 

Ook zagen we nog eens zo'n prachtige oude watermolen. Uiteindelijk, via een bedding, kwamen we vlak voor Cacela Velha ...

 

 

... op een wegje met gele markering, die naar rechts wees.

 

 

We besloten hier de pijl(en) te volgen en dat was niet goed. Of we bij een andere beslissing de komende dagen niet meer problemen zouden hebben gehad, is maar de vraag, maar nu zaten we toch wel even met de gebakken peren.

Ik merkte pas na een paar honderd meter dat die afslag die ik verwachtte, niet zou komen. We kozen ervoor toch maar verder te gaan, hoewel ik eigenlijk al wel wist dat we nu door zouden moeten lopen tot de N125 en dan ook nog naar het noordoosten.

Als we naar links, omhoog, zouden zijn gelopen, zouden we Cacela Velha hebben gepasseerd en was het relatief gemakkelijk geweest Conceição te bereiken.

Nu kwamen we rond 14:15h op de weg en liepen daar langs tot we binnen vijf minuten de bus konden verwachten en er een halte (met reeds wachtende) opdaagde. We waren minder dan 1500m van Conceição.

 

 

De bus kwam ongeveer 10 minuten te laat en vervoerde ons daarna via Tavira naar het busstation in Olhão.

Nadat ik thuis onze omweg bezichtigd had, besloot ik de komende dagen de tablet mee te nemen. Met “Maps-with-me” zou de fout bij Cacela Velha niet opgetreden zijn. (Tot nu toe was dit programma niet echt nodig geweest. Met de aangeschafte kaartjes, die uit het Rother-boekje, richtinggevoel en enig gezond verstand hadden we de oriëntatieproblemen gemakkelijk kunnen oplossen.)

We hadden deze dag 23,5km langs de kust gelopen, in 5 uur; 4:15h was de werkelijke looptijd.

 

NB. Het eiland voor de kust van Conceição-Cabanes (“Ilha de Cabanes”?) was maar op één plaats, met een (zelf te regelen) bootje of een passage bij laag water te bereiken, volgens Rother. Dat sloegen we dus over.

 

 

 

 

< Terug >

 

 

Donderdag, 28 november (Conceição-Praia das Cascas-Tavira; 16,4km; 3:04h)

We vonden dat we voldoende van de N125 hadden gezien en besloten ons door de bus slechts tot Conceição te laten vervoeren. Van daaruit zouden we via Tavira naar een pontje lopen dat ons naar het Ilha de Tavira zou brengen. Daar zouden we doorlopen tot Arraial do Barril, om via een voorde of treintje naar Pedras del Rei over te steken en dan door te lopen tot Livremento (of verder). Maar er ging nogal wat mis.

Om te beginnen vergiste ik mij al direct na uitstappen en sloegen we veel te vroeg naar rechts af, waardoor we in een appartementenwijk terechtkwamen om daarna via een omweg alsnog op de weg naar Tavira te komen. (E.e.a. is rechtsboven bij de naam "Conceição" goed te zien.)

Eenmaal op die weg aangekomen, ontdekten we dat de gele markering van gister hoorde bij de Ecovia litoral, een fietsroute. We hielden deze nu aan tot in Tavira, via de grote brug.

 

 

Daar kostte het enige moeite de weg naar het pontje te vinden. Om half twaalf waren we er en moesten op het pontje wachten: dat vertrok immers op de hele uren, het volgende dus om 12:00h. Het wachten deden we onder het genot van een jus-tje en wat gebak.

Het pontje was klein, we hadden het voor onszelf. De oversteek kostte bijna 20 minuten en het was kwart over twaalf toen we op de steiger van het Ilha de Tavira stonden.

 

 

We liepen door de camping en het kweldergebied naar het strand, maar ontdekten al snel dat we inmiddels rond hoogwater zaten en er dus weinig hard zand meer was.

 

 

Daarom besloot ik het langs de landzijde van het eiland te proberen. Na wat gezeul door zacht zand, kwamen we op wat bruikbare paadjes, maar na enige tijd liepen we vast in een slenkensysteem. Dit zou dus ook al niets worden!

Het was inmiddels al kwart voor één en we besloten het pontje terug te nemen en daarna via het busstation van Tavira terug te keren naar Olhão. Omdat het pontje nog even op zich zou laten wachten, liepen we nog even om de kop van het eiland, met zijn pier en zijn “Barra de Tavira” (Rother, blz.74). Net zo min een zandbank als doorwaadbaar.

We namen het pontje terug (nu niet als enigen), liepen door Tavira (mooi) ...

 

 

... en kwamen op tijd voor het eten bij ons appartement aan.

We hadden drie uur gelopen en daarbij 15,4km afgelegd. In het totaal waren we 4¾ uur "op de route" geweest.

 

(Al vanaf dag 3 had ik uitdraaien van de voornaamste buslijnen en de trein bij me. Vanaf Albufeira haalde ik op het moment dat dit nodig was de Pdf-files van de resterende bus- en ponttijden binnen. Vanaf het maoment dat ik de tablet meenam, kon ik die files dus consulteren wanneer dat nodig was.)

 

 

 

 

< Terug >

 

 

Vrijdag, 29 november (Olhão-Faro[Forum]-Faro; 16,7km; 2:53h)

Het was gister een wat vermoeiende en stressige dag geweest. Vandaag dus wat kalmer: we liepen van Olhão naar Faro.

 

 

Van te voren meende ik dat het onvermijdelijk was om wat om te lopen en zelfs een stukje langs de N125 te moeten doen, maar onze nieuwe info over de Ecovia meldde dat dit niet nodig was. Osmand meldde voor het stuk echter: “Ecovia literal – prevista”. We zouden wel zien.

Vòòr negen uur liepen we de Avenida van 5 oktober al af, naar het westen. Daar zou, op hoogte van de spoorlijn, een wegje afsplitsen dat naar Faro liep.

 

 

Dat was er en een blauwe markering gaf aan hoe we verder moesten. Dat betekende dat we na ongeveer 2½ km de N125 moesten oversteken. Hiermee werd duidelijk dat de Ecovia vanaf hier nog "prevista" was. Drie-en-een-halve kilometer konden we nog verder, voor we op de N125 uitkwamen. Mijn elektronische kaartjes hadden gelijk gekregen.

Nu moesten we ruim een kilometer de tanden op elkaar zetten, waarna we uitkwamen op de Rua Reitor Teixeira Guedes. Dit was vroeger de verbinding met het oosten, maar sinds de rondweg was deze aan “onze” kant doodlopend en we konden hem dan ook in alle rust (zonder auto's) volgen tot we in het centrum van Faro aankwamen. Men had daar de rode loper uitgelegd ...

 

 

... en wij kozen een gezellig terrasje voor een kop koffie.

Via de haven en het stationnetje liepen we naar Faro-Forum. Zò …. nu alleen het stuk Tavira – Olhão nog!!

Ook bezochten we de Dominicaanse Kerk (maar konden het Ossarium; de Knekelkapel niet vinden) en trokken rond en door Faro's oude stad, met zijn muren en poorten en zijn museum/se (kathedraal). We stelden vast dat we te weinig tijd hadden voor een uitgebreid bezoek aan het laatste. Dat zouden we voor maandag bewaren. Nu gingen we (met de bus) terug naar Olhão.

 

 

 

 

 

 

< Terug >

 

 

Zaterdag, 30 november (Tavira-Olhão; 29,9km; 5:24h)

Er was nog ongeveer 28 km af te leggen tussen Tavira en Olhão. Dat was niet niets; zou ons dat gaan lukken? Bij de voorbereiding was duidelijk dat het gemakkelijk was om onderweg een verkeerde keuze te maken, net als gister.

De eerste 7km (langs St.Luzia en Luz (de Tavira) was geen probleem: nadat ik ons via de kortste weg door Tavira had geloosd, liep de weg rechts toe recht aan en waren we op de Ecovia litoral, met zijn markering.

 

Het wegje, met een voetgangersvoorde

 

Het enige probleem daar was dat de GPS na zo'n kilometer of twee niet meer reageerde. Gelukkig had ik de tweede ook bij me.

Na Luz [de Tavira] kwamen we bij de kust en we zouden nu zo lang mogelijk langs de kust blijven lopen. Even later, bij Pinheiro, namen we een korte pauze.

Al gauw daarna draaide de weg naar het binnenland, maar ik had het gevoel dat we zo niet verder moesten.

En inderdaad, na wat zoeken vonden we de markering. Dat was daarom zo belangrijk omdat we anders onvermijdelijk naar de N125 zouden worden geleid. Nù liepen we op een prachtig pad door de zoutpannen bij Fuseta.

 

 

 

 

 

Vervolgens moesten we om het dorpje heen draaien om het aan de noordzijde binnen te gaan. (Boven is dat goed te zien.) Aan de zuidkant, bij de camping (we waren het fietspad hier even kwijt), namen we onze eetpauze, om vervolgens nog wat verder langs de kust te lopen; eerst langs een groot woningencomplex (dat grotendeels leeg stond), toen door een zoutpan/kweldergebied met veel Salicornia maritima (Zeekraal).

 

 

We volgden sinds de buitenwijken van Fuseta het fietspad weer. Dit liep hier min of meer parallel aan de spoorlijn.

Uiteindelijk verliet het pad het kweldergebied, dook onder de spoorlijn door en liep naar de N125.

 

Dàt was anders dan OsmAnd ons had beloofd: we zouden hier langs de spoorlijn verder kunnen lopen tot aan het station van Olhão. Maar er was niets wat als voortzetting bruikbaar was. We kwamen langs de bordje dat meldde waar zich in Europa allemaal Ecovia's bevonden. Achteraf realiseerden we ons dat dit bedoeld moet zijn geweest als het einde, de (voorlopige?) onderbreking van deze Ecovia litoral.

Er zat niets anders om alsnog naar de N125 te lopen, ook een vraag aan een oude Portugees, hoe we verder naar Olhão konden komen, was duidelijk: er was geen andere verbinding met dit stadje dan via de N125.

 

 

En zo liepen we ongeveer 3km langs de weg, om daarna af te buigen naar de haven. Daarna liepen we door naar ons appartement, om later langs de boulevard wat te gaan eten. We lieten ons overhalen een Portugese “stew” te verwerken. Het was teveel van het goede, maar de eend die erin verwerkt was, smaakte goed.

We hadden vandaag in 6½ uur exact 30km gelopen en daar iets minder dan 5½ uur over gedaan.

 

Tijdens de busreis naar Tavira had ik bij de belangrijkste bushaltes een waypoint gemaakt. Onderweg kon ik dus m.b.v. de GPS iedere keer vaststellen waar onze dichtstbijzijnde “escape” te vinden was. We hebben ze uiteindelijk niet nodig gehad.

 

 

 

 

 

 

< Terug >

 


 

Zondag, 1 december (naar Ilha da Culatra en Ilha de Farol; 5,4km; 1:02h)

Je zou kunnen zeggen dat we een dag over hadden, maar even goed dat we er twee tekort kwamen. Dat heeft ermee te maken dat ik de laatste dagen niet had uitgepland. En dat kwam weer omdat ik van tevoren geen idee had of we konden eilandhoppen, dan wel anders dan via de N125 langs de kust konden lopen.

Omdat het eilandhoppen praktisch onmogelijk bleek en goede mogelijkheden waren gebleken om onze tocht tussen Vila Real en Faro via het strand en de Ecovia te doen, konden we nu kiezen om een tocht ten noorden van Vila Real, nl. rond Castro Marim (een natuurreservaat), te maken of toch nog wat op de eilanden te doen.

We hadden de busreis naar Vila Real echter als erg lang ervaren. En omdat de lezer vast al wel weet hoe Jacomine over pontjes denkt, was de keuze snel gemaakt: We zouden oversteken naar het Ilha da Culatra, om vandaaruit naar het Ilha de Farol te gaan. Toch eilandhoppen? Nee, ….. anders dan Rother aangaf, zijn dit geen afzonderlijke eilanden meer. Zij zijn in de laatste 10 jaar aaneengegroeid.

Om elf uur gingen we met de Rio Belo ...

 

Het pontje

Het boulevard/mercado-complex van Olhão

 

 

Jacomine trotseert de elementen

 

 

... naar het plaatsje Culatra, waar twee heuse basisscholen zijn!

Via de dorpstraat ...

 

 

... en een prachtig plankenpad ...

 

 

... staken we over naar het strand. En daar stelden we vast, wat we eigenlijk al sinds het Ilha de Tavira wisten: bij hoogwater is het strandwandelen lastig (lastiger dan in Nederland).

 

 

(Dat betekende meteen dat een bezoek aan het Ilha da Armona, waar er naast een bezoek aan het dorp eigenlijk alleen nog maar strand en wad te lopen is, niet goed meer te doen zou zijn geweest. Kortom, achteraf kunnen we zeggen dat we alles van wat er in die tijd in de Algarve te doen was, ook gedaan hebben.

We liepen nog even naar de plek waar de eilanden uiteindelijk aaneen zijn gegroeid en waar nu een leuk (jacht-)haventje is, om daarna, langs de kustlijn, naar het plaatsje Farol te lopen. Daar staat natuurlijk ook een prachtige vuurtoren (farol).

 

 

In hoog tempo liepen we naar de aanlegsteiger, waar het bootje (de Rio Belo) op ons te wachten lag. (Ik had een overzicht van de vaartijden bij me.)

Samen met een aantal vissers (hoog en afgaand water, geen vangst [?]) keerden we terug naar Olhão ...

 

Ons hotelcomplex vanaf de pont

 

... waar we nog wat hebben rondgekeken.

En zo zag onze route op het eiland eruit:

 

 

We hebben op het eiland bijna 5½km in een uur afgelegd.

 

 

 

 

< Terug >

 

 

Maandag, 2 december (Faro)

Het vliegtuig zou aps tegen de avond vertrekken en na het uitchecken in het hotel, namen we de trein naar Faro. Het leek ons leuk om met hetzelfde type openbaar vervoer af te sluiten als waarmee we begonnen waren. Ook konden we nog eens even een indruk krijgen van het stuk Ecovia dat alleen nog maar “previsto” is (zie 30 november).

Nou, daar valt nog best wat te doen, vòòrdat een gemiddelde loper/fietser een bruikbare doorgang heeft.

Vanuit het treinstation liepen we naar de haven, dronken een colaatje en gingen naar de 'se' (kathedraal èn museum). Eerst beklommen we de toren ...

 

 

... voor een fraai overzicht over de stad, het vliegveld èn het natuurreservaat.

 

 

Ondertussen werden we zorgvuldig in de gaten gehouden door een ooievaar.

 

 

Na een even een blik te hebben geworpen op het inwendige van het uurwerk van de toren gingen we omlaag naar het inwendige van de kathedraal

 

 

 en, daarna, het museum.

 

 

Schitterend; letterlijk, want er was veel met goud gewerkt. Verder waren er azulejos-tableaus (dus met blauwe tegeltjes), net als we overigens op monumenten in de haven van Olhão hadden gezien. De Algarve is er net zo beroemd mee, als Delft met zíjn aardewerk.

Na nog een bezoekje aan het ossarium (knekel- of knokenhuis),

 

Al die witte bollen zijn schedels en knoken

 

... dat we eerst volledig over het hoofd hadden gezien, keerden we terug naar de haven om daar lekker in het zonnetje te gaan zitten. Deze rust na de voldane arbeid van de laatste weken ging uiteindelijk over in het zoeken van de halte van linha 16, de bus naar het vliegveld.

De vakantie was voorbij. We hadden de zuidkust van Portugal (grofweg) van west naar oost gelopen: prachtig!

 

 

 

 

 

 

< Terug >

 


 

Samenvatting:

We hebben in deze periode 407km afgelegd, waarvan ongeveer 300km nodig was voor ons litorale pad. Soms moesten we wat heen en weer lopen (vooral bij Albufeira) en deze “ommetjes” met Paderne erbij, waren nog eens goed voor 42km.

De resterende 65km waren oriëntatie- en bezichtigingstochten door (m.n.) Lagos, Albufeira, Olhão en Faro èn natuurlijk de wandelingen tussen de hotels en busstations in de drie eerstgenoemde steden.

We hadden schitterend weer (meestal tussen 10 en 15º C.), met maar één dag echt regen. Het eten was goed tot uitstekend en de wijn (negro [tinto], branco, rosato i verde) voor onze weinig subtiele kelen “gewoon lekker”.

Aan natuur en cultuur is veel te beleven, hoewel veel ouds door aardbevingen in de 18e eeuw verdwenen of zwaar beschadigd is.

Onderweg zijn we diverse PR's tegengekomen. Het blijkt dat die lokaal benoemd zijn: om welke het gaat, is herkenbaar aan de voorgaande letters. We hebben er delen van gelopen in de omgeving van Vila do Bispo (VDB), bij Portimão en bij Albufeira.

Nadere info is te vinden op: http://peandando.wordpress.com/percursos-pedestres-no-algarve/

Portugal noodt tot meer kustwandelen. Twee bronnen zullen we daar zeer bij gebruiken:

van de organisatie Op Lemen Voeten hun website http://www.wandelmagazine.nu/ en misschien ook het boekje Voetwijzer 11: Midden Portugal

maar ook de site: http://www.wandeleninportugal.info

 

Over de ecovia is meer informatie te verkrijgen via: http://nl.everytrail.com/guide/ecovia-litoral-do-algarve/map. De route is deel van de Europese Kustroute van Cabo S.Vicente naar de Noordkaap. Een citaat: "This route combines trails in protected areas with linking stretches mostly on traffic calmed or car-free routes and it is marked in a number of ways: a blue line on the road, white bicycle symbols painted on the road, yellow-topped grey poles and taller pillars with a map of the route in the locality. But there are long stretches with no way-marking at all, either because the road has been resurfaced, obliterating the on-road signs, or simply the linking between different sections is not complete.The National Road (EN) 125 is a good alternative if no other way is available. This road crosses the Algarve and is well-surfaced with a hard shoulder wide enough for a cyclist, but with intensive traffic and speedy drivers." en "About 50% of the route is on unpaved and gravel trails. Sometimes you will also find short sandy and rocky sections or even a couple of single-tracks (beware if you bring a wide trailer)."

Het citaat past binnen onze bevindingen.

 

 

 

 

 

< Terug >

 

 

Flora & Fauna:

In de hoogvlakte aan de westzijde zagen we in duinachtige gebieden veel Blauwe Zeedistel (Eryngium maritimum). In het kweldergebied kwamen Zeekraal (Salicornia spec.) en Schorrenkruid (Sueda spec.) veel voor. Vanaf Albufeira tot aan de Spaanse grens konden we zelden om metershoog riet (Pijlriet; Arundo donax) heen.

Vogels: Aan Eenden en Ganzen kwamen we niet verder dan de Wilde Eend (één paartje). Aan Reigers waren er langs de hele kust Kleine Zilverreigers te zien, in de eerste dagen af en toe een stel Koereigers en later soms een Blauwe Reiger

Rond Faro huizen veel Ooievaars en Flamingo's. Een enkele keer passeerde een kleine roofvogel (valk, sperwer?). Meerkoeten waren in het natuurreservaat rond Faro in grote mate aanwezig. Het Waterhoen hebben we niet gezien.

Steltkluten waren veelvuldig zichtbaar, veel meer dan Kluten. Op de slikken hebben we een enkele Strand- en Bontbekplevier gezien. De Kieviet liet zich meer horen dan zien. Steenlopers en Drieteenstrandlopers kwamen in kleine groepjes voor, vooral de laatste twee weken. Ik meen dat we twee keer een Oeverloper hebben waargenomen.

De Tureluur was regelmatig te horen en soms te zien. De Wulp meldde zich maar een keer.

Wat de Meeuwen betreft wisselden de Geelpootmeeuw en de Kleine Mantelmeeuw elkaar af; wel was er langs de hele kust (maar in kleine aantallen) de Kokmeeuw aanwezig.

De enige Stern die we zagen was, op het geluid te oordelen, een Grote Stern. Wat de Duiven betreft kwamen we niet verder dan de Stadsduif en de Turkse Tortel.

Zagen we via BVN dat er bij Zwolle een Sperweruil was gespot, onze waarneming (“Er was er geen bij Faro”) was misschien minder bijzonder, maar toch zeker zo noemenswaardig. In de buurt van Tavira hoorden en zagen we een Hop, even merkwaardig als de Koekoek, want beide zongen (in november!) En dan de Leeuweriken: Ze hadden een kuif en zaten in de lage vegetatie; ik meen dat het Kuifleeuweriken waren (en geen Theklaleeuweriken). (Andere grauw-bruine vogels leken mij Water/Oeverpiepers, Graspiepers en Grauwe Gorzen.)

In het westen en midden zagen we regelmatig Rotszwaluwen en Witte Kwikstaarten, zoals we de Roodborst regelmatig hoorden. De Winterkoning meldde zich maar een enkele keer.

Tot bij Faro's vliegveld zagen we (mannelijke) Roodborsttapuiten en de Merel (“Bosmerel”; zwijgzaam en schuw) komt veelvuldig voor. Andere Lijsters hebben zich bij ons niet gemeld.

Van de Zangers hebben we weinig gezien of gehoord; dat had grotendeels met het seizoen te maken. De paar soorten die er waren hielden zich doorgaans gedeisd; de Cetti's Zanger maakte daarop een uitzondering. Maar die hebben we gehoord, niet gezien.

De biotopen waar we doorheen gingen waren niet die van de Mezen. Zelfs de Koolmees hebben we gezien noch gehoord.

Een enkele keer kruiste een Ekster, een Gaai of een stel Kauwen ons pad, maar dat lag anders voor de Blauwe Ekster: die hebben we veelvuldig gezien; voor ons een nieuwe soort. Extra reden om op hun gedrag te letten: wat meer sociaal getint dan dat van Eksters.

De Spreeuwen die we zagen waren waarschijnlijk Zwarte Spreeuwen, ze misten de vlekken die ik van de Spreeuw ken, maar zekerheid heb ik niet.

Dan de Huismus: er is geen gevaar voor (plaatselijk) verdwijnen: in ieder plaatsje hoorden we ze wel kwetteren of zagen we ze ruzie maken.

De eerste de beste ochtend in Lagos werden we gewekt door een halsbandparkiet, bovenin de palm tussen ons appartement en het zwembad. Het is bij die ene gebleven.

 

En dan, wat schelpen betreft: Je zult toch juist je schelpenverzameling aan het opruimen zijn en nu prachtige Glycymerissen, Nucula's, Arcta's en Paardenzadels vinden; of (nog erger) een schitterende Pholade.

Alle in Nederland algemeen voorkomende soorten heb ik gezien, behalve de kwetsbaarder kleppen (zoals Witte Dunschaal, Rechtsgestreepte en Tere Platschelp), maar ook het Nonnetje ontbrak.

In het westen zagen we veel Otterschelpen, Later kwamen we Pecten-kleppen en de Bonte mantel tegen en de Eetbare, de Gedoornde en de Noordse Hartschelp.

Van de Veneridae heb ik de Artemis- en Venusschelp en de Tapijtschelp zien liggen, maar ook Venerupis rhomboïdes. De Venusschelp en het Tafelmesheft (ook gevonden) worden in restaurants nogal eens als zeebanket aangeboden. Ik noem verder nog even de Pholade!!

Dan zaten er op de rotsen (in het middendeel) veel Patellasoorten (Schaalhoorns) en langs het strand trof ik ook een Chinees Hoedje en een Fuikhoorn aan.

 

Behalve het reeds genoemde natuurpark bij Vila do Bispo zijn we door twee andere getrokken:

tussen Quarteira en Manta Rota; t/a N125: het "Parque Natural Ria Formosa" (Manta Rosa ligt iets oostelijk van het roemruchte Cacela Velha.)

en langs de kust bij Vila Real de Santo Antonio het N.P. "Mata Nacional das Dunas Litorais de Vila Real de Santo Antonio"

(Aan het ten noorden van Vila Real d.S.A gelegen "Reserve Nacional do Sapal de Castro Marim e Vila Real de Santo Antonio" zijn we niet toegekomen.)

 

 

 

 

 

< Terug >

'